De gerenoveerde Bib Leuven Tweebronnen: thuis tussen de boeken

Binnenkomen in de living van Leuven. Zo moet het voelen om de gerenoveerde Bib Leuven binnen te stappen. Na een renovatie van vijf maanden ging de vernieuwde stadsbibliotheek begin juni weer open voor het grote publiek. Wat er veranderd is, wat de grote uitdagingen waren en hoe elke stap van het proces zo duurzaam mogelijk genomen is, vertellen architect Sofie Selderslaghs en bibliotheekmedewerker Joeri Gelaude tijdens een videogesprek met Leuven 2030.

De Bib Leuven Tweebronnen ging in september 2019 dicht om ruimte te maken voor de renovatie. Een deel van de collectie kreeg voor vijf maanden een plaats in de Minibib, de rest werd in verhuisdozen gestockeerd. Nadat de verbouwingen in februari 2020 afgerond waren, kregen alle boeken, tijdschriften, cd’s en dvd’s een nieuwe plaats in de Bib. Het in elkaar puzzelen en opvolgen van de complexe verhuismomenten was een echt huzarenstukje dat Joeri en zijn collega’s met succes volbrachten. Sofie op haar beurt werkte aan het ontwerp voor de herinrichting van de Bib en mag de coördinatie van de verbouwingswerken op haar conto schrijven.

Tijdens het gesprek valt meteen op dat Sofie en Joeri een goed geolied team vormen. Ze geven elkaar regelmatig een spreekwoordelijk schouderklopje voor het harde werk dat ze verzet hebben en vullen elkaar vlot aan als het gaat over de duurzame en circulaire keuzes bij de renovatie. Het begint al bij de basis, de vloer: ‘We hebben bewust gekozen voor linoleum,’ legt Sofie uit, ‘een bekend natuurproduct dat heel slijtvast is, lang meegaat en makkelijk te onderhouden is. Linoleum past perfect in het cradle-to-cradle-model, wat betekent dat de materialen waaruit het bestaat opnieuw en opnieuw gebruikt kunnen worden, zonder aan waarde in te boeten.’

Nieuwe sensoren zien het licht

Daarnaast is bij de renovatie veel aandacht besteed aan licht en verlichting. Alle oude lichtarmaturen zijn vervangen door energiezuinige ledverlichting. Bovendien maakt het nieuwe ontwerp zo veel mogelijk gebruik van natuurlijke lichtinval. ‘We lieten ons leiden door de logica van het plan,’ verklaart Sofie. ‘We hebben veel rekening gehouden met de manier waarop mensen door de bib circuleren en ervoor gezorgd dat we geen boekenrekken haaks op de lichtinval plaatsten. Ook de patio’s brachten we meer onder de aandacht om het contact tussen binnen en buiten te versterken. Dankzij die ingrepen valt er veel meer zonlicht binnen. De natuurlijke lichtinval zorgt ook nog eens voor mooie lijnen in het gebouw.’

Op basis van dat binnenvallend daglicht wordt de nieuwe ledverlichting aangestuurd. Joeri legt uit hoe dat werkt: ‘Sensoren voelen waar er genoeg natuurlijk licht binnenvalt en waar extra verlichting nodig is. Aan de hand daarvan wordt de verlichting in de Bib bijgestuurd. Tijdens het verbouwingsproces zijn we met die daglichtsturing op een aantal kinderziektes gestuit, maar die problemen zijn nu van de baan.’ Niet alleen het energieverbruik van de Bib gaat hierdoor omlaag, maar het gebouw lijkt ook veel lichter en ruimer nu. Joeri bevestigt dat: ‘We krijgen veel positieve reacties van de bezoekers.’

Opwaarderen en hergebruiken

Ook het meubilair van de Bib werd onder de loep genomen. In de eerste plaats zijn de bestaande stukken zo veel mogelijk bewaard en opgewaardeerd. Daar geeft Sofie een paar voorbeelden van: ‘Het meubilair bij de krantentafels hebben we een nieuwe omkasting gegeven, zo ziet het er direct weer beter uit. Toen corona losbrak hadden we plots veel plexiglas nodig. Daarvoor konden we het plexiglas recupereren dat gebruikt is om de opstelling van de Minibib te bouwen.’

‘Zo goed als al het materiaal dat we konden recupereren, hebben we hergebruikt,’ vult Joeri aan. ‘Konden we dat niet, dan keken we of we er iemand anders blij mee konden maken.’ Sofie haakt daarop in: ‘We bekeken eerst of onze stadsdiensten het materiaal konden gebruiken. Was dat niet zo, dan ging het naar onze andere partners, zoals Saté, het Sociaal Atelier Leuven.’ Een paar voorbeelden daarvan? ‘Om de Bib toegankelijker te maken, zijn de houten vloeren van de verhoogde onthaalzone en de jeugdbib weggehaald. Dat hout is gerecupereerd door Saté. Ze bouwden er in de Stelplaats een opslagruimte voor het skatepark mee en gebruikten de rest als lesmateriaal.’

Zo goed als al het materiaal dat we konden recupereren, hebben we hergebruikt.

‘Onze verouderde inleverrobot is opgehaald door het VTI. Daar waren ze onwaarschijnlijk blij mee, want de mechaniek konden ze gebruiken als didactisch materiaal in de lessen.’ En de lijst gaat door: ‘Ons oud presentatiemeubilair kon SLAC nog gebruiken, oude cd-meubels kregen een nieuw leven in de Leuvense gevangenissen, Expo Leuven en 30CC recupereerden een deel van het zitmeubilair, de oude beveiligingspoortjes gingen eerst naar de Minibib en daarna naar de andere filialen, de oude balie wordt nu gebruikt in Kessel-Lo… Zelfs de honderden verhuisdozen die we moesten aankopen, worden nu door verschillende andere stadsdiensten gebruikt,’ vertelt Joeri.

Voor het meubilair dat na de renovatie toch nieuw is aangekocht, is bewust gekozen voor kwaliteit. Sofie legt uit waarom: ‘Duurzaam, kwalitatief meubilair is duurder bij de aankoop, maar het gaat veel langer mee. Op lange termijn zal het dus eigenlijk niet duurder uitkomen.’ ‘Inderdaad,’ vult Joeri aan, ‘zo zitten we met onze meubels nog voor een mooie periode gebeiteld.’

Groene energie

Wat minder zichtbaar is, maar even belangrijk: ook de stookplaats van de Bib Leuven werd onlangs gerenoveerd. Daar stonden nog oude ketels en een verouderd hydraulisch systeem, wat de Bib een grote energieverbruiker maakte. Dankzij de steun van het Europese L.E.U.V.E.N.-project is die oude installatie vervangen door moderne condensatieketels. De Bib verbruikt daardoor vanaf nu veel minder gas en elektriciteit, en wordt bovendien comfortabeler.

Ook zonnepanelen staan nog op de agenda. In samenwerking met ECoOB en Ecopower worden die binnenkort op het dak van de Bib Leuven gelegd, zodat het gebouw zal kunnen draaien op groene energie. Over groen gesproken: ‘Onze binnenkoer wordt in de toekomst ook nog groener,’ vertelt Joeri. ‘Dat is een unieke plaats die nu nog te veel onbenut blijft. Er is voor onze binnenkoer nog een heel plan op til: we gaan ontharden om meer plaats te geven aan bomen, om het zo een echt aangename plaats te maken.’

Groen doet deugd

En dat aangenaam vertoeven, dat is belangrijk, benadrukt ook Sofie. ‘Als architect voor Stad Leuven denk ik sowieso aan de duurzaamheid van een project. Maar duurzaamheid is een heel breed begrip: je goed voelen op een plek is ook duurzaamheid.’ ‘En daar heeft Sofie echt wel rekening mee gehouden bij de plannen,’ beaamt Joeri. ‘De verblijfsfunctie van de Bib is meer in the picture gezet. De Bib mocht niet zomaar een vergaarbak van boeken worden, maar moest de living van de stad zijn.’

Wat duurzaamheid nog is? ‘Optimaal ruimtegebruik,’ volgens Sofie. ‘De bestaande ruimte beter gebruiken, zoals we met de patio’s hebben gedaan. Duurzaamheid is ook goed communiceren en samenwerken, om zo te komen tot een goed doordacht ontwerp dat voor een lange periode kan meegaan. En vergroenen, natuurlijk, dat vind ik heel belangrijk. Door corona beseffen we meer dat groen zo’n deugd kan doen. Plaatsen waar ik graag ben en die ik mooi vind, hebben meestal met groen en de natuur de maken. Als ik ergens een tof straatje zie – daar is veel groen.’

Meer weten?

In de Bib Leuven Tweebronnen kan je nog tot eind oktober de expo de Bib Leuven, een nieuw hoofdstuk bezoeken. Ontdek alles over de architect Henry van de Velde, de bouwstijl, de meubelkeuze én de link met Anne Teresa De Keersmaeker. De tentoonstelling is gratis te bezoeken tijdens de openingsuren van de Bib. Je vindt ze in de Multiruimte ter hoogte van de infobalie aan de inkom.

Als je dan in de Bib bent en graag wat interessant leesvoer mee naar huis neemt, kan je er meteen een gedrukt exemplaar van de Roadmap 2025 · 2035 · 2050 naar een klimaatneutraal Leuven uitlenen. Ook in de andere filialen van de Bib is een gedrukt exemplaar van de Roadmap uitleenbaar.

Het L.E.U.V.E.N.-project is medegefinancierd door de Europese Unie