Asters

Nog even twee andere asters voorstellen. Toen ik het ontwerp van de voortuin overdeed, zocht ik voor dat stukje tuin planten die tot diep in de herfst bloeien. Bij mijn zoektocht kwam ik onder meer uit op Aster frikartii x Mönch en Aster thomsonii die van juli tot oktober zouden bloeien.

Aster x frikartii “Mönch” is nauw verwant aan Aster thomsonii (het is een kruising van Aster amellus x Aster thomsonii, gekweekt door de Zwitser Frikart, in het begin van de twintigste eeuw).

A. thomsonii, een “beetje” omgewaaid met nog heel wat nieuwe bloemscheuten….

Aster frikartii x Mönch startte hier begin juli met bloeien, Aster thomsonii wat later. De planten vormen nog volop nieuwe bloemscheuten en groeien ook erg gezond: ze hebben absoluut geen last van meeldauw.

De bloemen zijn qua grootte vergelijkbaar met die van een margriet. Boven op de foto enkele van de asters hier in bloei, van klein naar groot, om aan te geven hoe groot die bloemen zijn: Aster laterifloris ‘Lady in Black’, Aster umbellatus ‘Weisser schirm’, Aster laterifloris ‘Chloë’, Aster pyrenaeus ‘Lutetia’, Aster amellus ‘Dr.Otto Petschek’, Aster frikartii x Mönch en Aster thomsonii. Nog een extra referentiepunt : Aster Chloë is qua bloemgrootte vergelijkbaar met een madeliefje.

A x frikarti “Mönch”. ook nog niet uitgebloeid en ook omgewaaid (maar niet zichtbaar op deze foto)

Er is wel één ding dat beide asters gemeen lijken te hebben: ze hebben wat steun nodig… Want ook al groeien ze niet echt hoog (60-70 cm), bij regen en harde wind gaan ze toch doorhangen. Iets om voor volgend jaar te onthouden.

Geen fijnstraal

Vanop afstand (en voor hij in bloei komt) heeft deze Aster umbellatus ‘Weisser Schirm’ wel wat weg van Canadese fijnstraal, een zeer invasief ‘onkruid’ dat, zoals de naam doet vernoemen, afkomstig is uit Noord-Amerika. Fijnstraal is hier in de tuin een kruid dat echt overal opduikt. Dat doet hij in de Verenigde Staten op akkers nog veel meer want dit was de eerste plant die resistentie tegen glyfosaat ontwikkelde.

Maar wanneer Aster umbellatus ‘Weisser Schirm’ in bloei komt is hij toch veel mooier. En hij lijkt zich ook niet uit te zaaien. Bovendien is het één van die Asters die absoluut geen last heeft van meeldauw en mooi donkergroen blad heeft. De plant staat al sinds begin augustus in bloei, en is duidelijk nog niet zinnens om te stoppen…

Onkruid

Dit zijn de bloemetjes van Lotus corniculatus, de gewone rolklaver. Wanneer je de planten die we ‘onkruid’ noemen van wat dichter bekijkt, kom je toch dikwijls tot de conclusie dat onkruid vaak erg mooi is

Deze is niet spontaan in mijn tuin opgekomen, maar ben ik zelf gaan oogsten in de bermen wat verderop. Hij staat nu in een pot op het terras, en met de zaaddozen van deze plant probeer ik in het gazon nog wat plekken met rolklaver te bekomen.

Het andere ‘onkruidje’ in deze reeks, het vlasbekje (Linaria vulgaris), is wel spontaan in mijn tuin opgekomen, en is ook absoluut een welkome gast.

Duivenpinnen

Eerst even melden dat het portaal waar ik mijn foto’s op plaats technische problemen kent. Je ziet op dit ogenblik daarom alleen de eerste foto (die integreer ik in WordPress), de andere foto’s dus niet.

Maar dus even over duivenpinnen. Eén van onze buren is duivenmelker. Dat wil zeggen dat er hier heel wat hangduiven zijn. Tot vorig jaar was de nok van ons dak hun favoriete plekje. Er zaten vaak een twintigtal duiven op ons dak.

An sich helemaal geen probleem, maar ze gebruikten ook het plat dak van de aanbouw om zich te wassen, en zoveel duiven, dat kakt wat bij mekaar. Zoveel dat ik wel eens – tijdens een regenbui – de duivenkak die de afloop blokkeerde mocht gaan verwijderen.

Het water dat bleef staan op het plat dak werd ook verzadigd met nitraten en fosfaten en kwam bij de volgende regenbui in de waterputten terecht. Niet ideaal.

De dakwerker stelde me voor om duivenpinnen op de nok van het nieuwe dak te plaatsen. Ik was nogal sceptisch over de werking ervan, maar sindsdien zien we geen enkele duif meer op ons dak. Om één of andere gekke reden landen ze ook niet meer op ons plat dak… Die dingen werken dus perfect.

Leven op Helenium

Volgens waarnemingen is de Kleine Vuurvlinder een algemene vlinder, maar ik zie hem hier heel uitzonderlijk. Dit is de twee waarneming van deze vlinder in de tuin.

Deze zag ik op Helenium foerageren. Helenium wordt, net zoals Echinacea, vaak omschreven als een goede drachtplant voor insecten. Echinacea vind ik zelf behoorlijk tegenvallen. Ze worden wel eens bevlogen door een hommel of een vlinder, maar er staan hier heel wat tuinplanten die vele malen populairder zijn (Eupatorium, Aster, Salvia, Nepeta, Rosa, …).

Helenium is op dat vlak veel beter. Ook qua diversiteit. Helenium is een gele composietbloemige, en er zijn aardig wat solitaire bijen die een voorkeur hebben voor gele composietbloemigen. Ik zie hier dan ook veel meer diversiteit op de Heleniums foerageren.

Een mannetje van een Berijpte of Gewone geurgroefbij.

De breedbandgroefbij, eentje die ik zowat heel het jaar door waarneem in de tuin.

Een mannetje van een kegelbij, vermoedelijk de gewone kegelbij. Dit is een parasiet op behangersbijen (die hier veelvuldig voorkomen in de tuin).

Dit zou een mannetje grasbij zijn.

Deze laatste is een zeer trouwe bezoeker van de Heleniums, heel de zomer door. Eéntje waarvan ik soms tientallen op één groep bloemen zie foerageren, de tronkenbij.

Deze serie van solitaire bijen geeft ook nog eens duidelijk aan dat je geen insectenhotels nodig hebt om solitaire bijen in je tuin te zien. Van deze dieren nest ga je alleen de tronkenbij en onrechtstreeks de kegelbij lokken met een insectenhotel. De andere bijen broeden in de grond.

Mooie combinatie

Deze roodbladerige vlierstruik Sambucus nigra ‘Black Beauty®’ vormt samen met Vernonia crinita ‘Mammuth’ een leuke combinatie die boven de rest van de border uittorent (250-300 cm).

Dit was een mooie combinatie tot vanavond. Tegen 17h00 is hier de hel los gebarsten, een flink onweer met enkele stevige rukwinden. Op een half uur viel er hier flink wat regen. Volgens het nabije weerstation (dat hetzelfde onweer te verwerken kreeg) viel er 45 mm op een half uur, en had de bui op haar piek een intensiteit van 200 mm/uur. Het weerstation registreerde ook windstoten van 85 km/uur.

Onze pluviometer registreerde wel wat minder regen, 23mm. Met de 6 mm van zondagochtend, 2 mm van dinsdagavond en de 10 mm van woensdagavond en -nacht hebben we wel een stuk van onze achterstand ingehaald (want de regenbuien van de voorbije weken waren niet bij ons op bezoek gekomen). De vijver is vol gelopen en de regenwaterputten zijn terug voor de helft gevuld.

Je hoort me dus niet klagen, want we hebben hier geen noemenswaardige schade opgelopen en na het onweer is de temperatuur gedaald tot een zalige 20°. Geen noemenswaardige schade, want dat onweer heeft wel alle hoge vaste planten in de borders flink toegetakeld. Ook deze Vernonia, waarvan heel wat stengels in een wir-war alle richtingen uitsteken. Maar dat is dus geen echte schade…

Ik ben benieuwd hoe alles er morgenvroeg gaat uitzien (wanneer de doorweekte bloemhoofden terug opgedroogd zijn).

Bi-color

Helenium ‘Rauchtopas’ lijkt, wanneer je de bloemen ‘frontaal’ bekijkt, op het eerste gezicht een gele Helenium te zijn.

Maar de onderzijde van de bloemblaadjes is bruin-rood, en wanneer je de bloemen bekijkt vanuit een andere hoek, krijg je een heel ander beeld.

Aangezien de plant 140 cm hoog wordt, is dit effect duidelijk zichtbaar. De bloemen van deze variëteit zijn ook bijna dubbel zo groot als die van een aantal andere variëteiten in de tuin.

Helenium ‘Rauchtopas’ zou één van de best en gezondst groeiende Helenium-cultivars zijn. Aangezien de plant hier pas vanaf deze lente staat, kan ik daar nog geen oordeel over vellen. Maar wat mij betreft is dit wel de mooiste Helenium in mijn tuin.

Verplanten

Eigenlijk ga ik jullie nu slechte manieren leren. In het midden van de zomer verplant je beter niets. Je wacht beter tot ergens in september. Ik ga in deze periode van het jaar niet verplanten om te verplanten, maar als ik nu iets moet verplanten, doe ik dat gewoon.

Vorige week heb ik nog drie planten verplant. Dat was omdat ik nog een kleine wijziging wou aanbrengen in een border, en het jonge stekgoed van Salvia candelabrum en Scuttelaria sp dat ik had opgekweekt tijdig wou kunnen aanplanten, zodat die nog voldoende groeien voor de winter.

Die drie planten stonden ‘in de weg’ voor dat manoeuvre, daarom heb ik dus begin vorige week, zelfs met de aangekondigde hittegolf, geopteerd om ze te verplaatsen. Ik heb dit wel vaker gedaan, en ik heb zo amper planten verloren…

De procedure is eenvoudig:

  • Planten de dag voordien overvloedig water toedienen, zodat de kluit vochtig is
  • Planten opnemen met een zo groot mogelijke wortelkluit
  • Planten bovengronds (op zijn minst een beetje) terugzetten
  • Planten onmiddellijk verplanten en nadien opnieuw overvloedig water geven
  • Zorgen voor schaduw, zodat de planten niet in de uitdrogende zon komen te staan de eerste dagen/weken, ik heb hiervoor een doorschijnende curverbox (met vloermat er bovenop) en twee oude terrasstoelen gebruikt

De planten zijn nu een week geleden verplant en hangen niet plat. Van zodra het wat minder warm is kunnen de stoelen en de curverbox weg. En neen, mooi is dat niet. Maar nood breekt wet.

Een alternatief: je kan bij sommige planten ook alle blad verwijderen, en alleen de wortel opnieuw aanplanten. Dat heb ik deze zomer gedaan met een Geum chiloense en enkele Pentaglottis sempervirens (hondstong). Ik heb die alleen water gegeven bij het herplanten, nadien niet meer. En die planten staan nu, een maand later, terug mooi in blad.