Het Gravensteen Leiden

Het eeuwenoude voormalige gevangeniscomplex “Het Gravensteen” aan het Pieterskerkhof te Leiden is met een grondige inwendige renovatie geschikt gemaakt voor het International Office van de Universiteit Leiden. Centraal uitgangspunt is geweest om dit topmonument voor zichzelf te laten spreken, en haar kwaliteiten in het dagelijks gebruik tastbaar te maken. Het exterieur van het Gravensteen is reeds eerder gerestaureerd.

Zevenhonderd jaar geschiedenis krijgt toekomst.

Historie

Het Gravensteen is in de veertiende eeuw in het toen prille Leiden gebouwd als verdedigingstoren voor de Graven van Holland. Er werd recht gesproken (“Het Steen”). De oervorm was een stenen vierkanten toren, met onderin een kerker en daarboven de verblijven van de Graven. Deze vierkanten toren vormt nog steeds het middelpunt van het gebouw.

In de volgende eeuwen werden diverse vleugels aangebouwd, en werd het gebouw overgedragen aan het Stadsbestuur van Leiden. De eerste vleugel was een cellencomplex waarin in 1950 uitzonderlijke vroeg-zestiende eeuwse schilderingen aangetroffen werden. Later werden rondom de binnenplaats een vrouwen- en mannenvleugel aangebouwd (werkhuizen). Tot slot in de achttiende eeuw de zalen van het tribunaal van de Vierschaar.

De omgang met een topmonument

De ingrepen aan het Gravensteen hebben het historische gebouw ontdaan van recente ingrepen en schade is hersteld. Nieuwe ingrepen zijn beperkt, bescheiden, herkenbaar en uitgevoerd zonder schade aan het monument, consequent in licht eiken en glas.

De werkzaamheden omvatten onder meer het volgende:

  • Monumentale onderdelen. De monumentale onderdelen zijn schoongemaakt, onderhouden: de vele prachtige eiken deuren, soms eeuwenoud, het beschilderde moerbint in de cipierskamer, vloeren en de muurschilderingen in het cellencomplex. De ontbrekende eiken deuren zijn speciaal voor dit complex ontworpen, eigentijds afgeleid van de aanwezige oude deuren.
  • De toren. De toren, de spil van het complex, is in het ontwerp als vroegste bouwvorm beter herkenbaar gemaakt. De vroegere buitengevels, opgetrokken in kloostermoppen en tufsteen, zijn rondom geheel vrijgemaakt en benadrukt door uitlichting. De  toren is met zijn eiken vloeren duidelijk te onderscheiden van de latere bouwfases. De constructie van de torenkap is in zicht gebracht, de ruimte eronder geschikt voor representatieve doeleinden.
  • Het schilderwerk. Één van de subtiele verminkingen van het verleden was de ongeinspireerde en fletse kleurstelling van het schilderwerk. Bij kleuronderzoek zijn robuuste bruine kleuren teruggevonden, terug te voeren naar de aard van de vroegere gevangenis. Deze kleuren zijn consequent in het gebouw doorgevoerd. Een wereld van verschil.
  • De portiersloge, spreekkamer. De achterhaalde inbouwsels uit de vorige eeuw zijn vervangen door heldere transparanten glazen wanden. Daarmee kreeg de entreehal haar derde vensteras weer terug. Ook werd het ontbrekende moerbint gereconstrueerd.
  • Reeds in 2002 zijn de waardevolle schilderingen in het cellencomplex gerestaureerd.
  • Belangrijke ruimten zijn vernoemd naar de vroegere gebruikers en inwoners van het complex: zij het goed, zij het slecht. Voor de vernoeming is een toelichtend bordjesprogramma ontworpen.
  • Meubilair, lichtplan en stofferingen zijn eigentijds, maar volgen het stramien van het Gravensteen: eerlijk, helder en nuchter als een gevangenis.
  • Alle electrische installaties en datainstallaties zijn vervangen, in opbouwwerk. Voor flexibiliteit, maar ook om wijzigingen mogelijk te maken zonder hak en breekwerk aan het monument.

Adviseurs

Installaties Vastgoedbedrijf UL

Bastiaan van de Kraats | 1m98

Huub Kurvers

Grafiek Atelier Made

Overige partijen

Schilderingen:               Pieter de Ruyter

Schilderingen:               Rob Bremer

Restauratie houtwerk: Folkers, Vos, Creman

Vondst

Van Ds. Lambertus Gerardus Cornelis Ledeboer, die gevangen heeft gezeten in Het Gravensteen is een bijzondere tekst gevonden uit 1843:

 

Mijn leerschool is ’t gevangenhuis

’t Gevangenhuis is mijn zachte Kruis