©  VRT, Gil Plaquet

Geestelijke vader over 25 jaar ‘Thuis’: “We spiegelden ons aan sterke Britse reeksen”

Je kent hem niet, maar mede dankzij Winnie Enghien genieten we al 25 jaar van Thuis. Hij was een van de geestelijke vaders en de eerste tien jaar ook producer – zeg maar ‘baas’ – van Vlaanderens populairste soap. “We spiegelden ons aan kwalitatief sterke Britse reeksen als Eastenders.”

Tom Vets
Geen glamour en glitter, wel twee kapsters, twee dokters en een overspelige echtgenoot. Gewone mensen, met iets minder gewone problemen. Met slechts acht acteurs werd Thuis in 1995 boven de doopvont op de BRTN gehouden. 25 jaar later is het tv-fenomeen uitgegroeid tot Vlaanderens populairste soap. Een driedelige terugblik op een merkwaardig jubileum.

“Het bleek snel interessanter als we werkten met drie gezinnen, elk uit een ander sociaal milieu die op het eerste gezicht weinig gemeen hadden. Maar we lieten dokter Walter (Rik Andries), die in een huwelijksdip zat en niet meer samenwoonde met zijn vrouw Marianne (Leah Thys), verliefd worden op kapster Rosa (Annick Segal). Zo vloeiden die leefwerelden in elkaar.”

De lat lag hoog. Thuis spiegelde zich aan de Britse topreeksen Eastenders en Coronation Street. “Ja, maar we wilden geen kopie, we wilden vooral een serie die net als die Britse titels twee tot drie keer per week in primetime liep en ondanks een grote continuïteit toch een sterk product was”, zegt ­Enghien, die op die continuïteit hamerde door ervaringen uit het verleden.

LEES OOK: Hoe vergaat het Steph ‘Cois’ Goossens nu?

(Lees verder onder de foto)

-bedenker Winnie Enghien.  © Gil Plaquet

“Ken je Het Park nog? In 1992 wou de VRT al een langlopende serie maken. Na 75 afleveringen viel het doek. Toen het eerste seizoen was opgenomen, werd het aan een ritme van één uitzending per week uitgezonden. Dat was niet de bedoeling. De snelheid van de verhalen was daardoor te traag. Seizoen twee en drie werden op een ander uur uitgezonden, op het einde zelfs een zondag om 18.30u. Er keek geen hond naar.”

De knoop werd doorgehakt: Het Park stopte en er werd energie in een nieuw project gestoken. “Ik stelde voor om zestig afleveringen te maken van Thuis”, zegt Winnie. “Een bewust getal, want dat is deelbaar door twee, drie, vier en vijf oftewel het aantal episodes dat je elke week kon programmeren. Toch ontstond er weer discussie over de frequentie. Waarop grote baas Jan Ceuleers, die het gekissebis kotsbeu was, besloot om vijf keer per week uit te zenden. Anders hoefde het niet meer.”

 ©  Gil Plaquet

Slechts drie decors

De basispersonages en verhalen waren er, dan nog een titel. “Het Park vond ik geen attractieve titel. Toen we de verhalen concipieerden, was het uitgangspunt dat thuis een plek is waar je altijd opnieuw naar toe wilt. Waarop Eigen Nest Thuis Best werd geopperd. Maar dat was nogal lang en associeerden we met spreuken op huiskamertegels, en zodoende bleef Thuis over. Dat woord omvatte wat we brachten: verhalen van mensen die een thuis zoeken, of terugkeren naar hun thuis. Of mensen die behoefte hebben aan een thuissituatie.”

Wie de eerste afleveringen bekijkt, merkt al gauw twee dingen op: er zijn geen buitenopnames en slechts drie decors: huis-Bomans, huis-Bastiaens en het kapsalon. Dat kwam omdat het eerste seizoen aan de Reyerslaan werd gefilmd. De ruimte was er erg beperkt. “Er werd geleerd uit het falen van Het Park. Vandaar ook die beperkte arena en weinig personages”, gaat Enghien verder.

“Er werd in Thuis ook bewust met ‘ge’ en ‘gij’ gesproken, wat eigenlijk niet mocht van de VRT.” Toch bleven de kijkcijfers opnieuw achter. Familie had anderhalf miljoen kijkers per dag, Thuis 350.000. “Men twijfelde of het sop de kool waard was. Maar onze cijfers stegen. Al ging dat traag.”

Hoewel een dagelijkse reeks, werd Thuis jarenlang nergens omschreven als een soap. “Dat heb je héél goed opgemerkt”, lacht ­Enghien. “Soap was synoniem voor slechte scenario’s, lamentabele acteursprestaties, camera’s die zwalpten, … Zeg maar die Amerikaanse soaps die zo slecht zijn dat ze ’s namiddags worden uitgezonden. Ik probeerde zelfs nog even de term ‘soft drama’ erdoor te krijgen, maar uiteindelijk stond Thuis in de bladen altijd als familiereeks omschreven.”

Ann Petersen in de 500ste aflevering van ‘Thuis’ in 1998. ©  vrt

Diva Ann Petersen

Aan de Reyerslaan wou men Thuis ook geen soap noemen omdat er toen al Familie was. Daar werd smalend over gedaan. Scenaristen kregen een lage vergoeding en moesten elders bijklussen. Men wist niet waar verhalen op lange termijn naartoe evolueerden, waardoor onbenullige nevenplots de tijd vulden. In de cast trof je (ex-)missen aan, amateurspelers of iemand die een rol won via Dag Allemaal. Niks van dat alles bij Thuis. Een professioneel schrijversteam van vijftien mensen én uitsluitend acteurs met een doorgedreven acteeropleiding.

“Buiten Janine Bischops kozen we bewust voor onbekende mensen, omdat we nieuwe frisse gezichten wilden die zich voor lange tijd aan ons konden binden. Later veranderde het geweer van schouder en kozen we voor grote kanonnen: Koen De Bouw, Nolle Versyp, Karel Vingerhoets, Ann Petersen, ...” Maar niet alle grote namen gingen overstag. “Het excuus? ‘Als ik soap doe, ga ik nooit meer in betere reeksen kunnen meespelen’. Ik heb dat nooit geloofd. Of men verkondigde dat acteren in een soap een minderwaardige vorm van acteren was. Flauwekul.”

Winnie ziet de besprekingen met Ann Petersen voor de rol van Florke nog voor zich. “Ann was een euh... speciaal geval. Ze had de grandeur van een diva en dan moet je de wetten respecteren. Concreet: je moest in vol ornaat bij haar op bezoek om officieel de vraag te stellen. Het was not done om het eerste contact aan een assistent over te laten. Ik moest zelfs mee Elixir d’Anvers drinken.” De gastrol van enkele weken stopte pas na zes jaar. “We waren in de studio aan het wachten, toen ze belden dat ze dood was. Achteraf bekeken hadden we dat moeten zien aankomen. De laatste twee jaar was haar gezondheid wankel en was ze amper mobiel. Haar dood stelde ons voor een groot probleem. Kozen we voor een andere actrice? Na veel discussies deden we dat niet.”

 ©  © VRT

Dubbelganger Frank

In een vroeg interview over Thuis zei Winnie ooit: ‘Bij ons geen dubbelgangers die plots uit het regenwoud komen. We brengen levensechte verhalen.’ Ontstond de meest beruchte verhaallijn ooit – die over de dubbelganger van Frank – dan in een vlaag van zinsverbijstering? “Het idee kwam van Pol Goossen, omdat het iets was waar hij zijn tanden in kon zetten”, herinnert Winnie zich. “Waarop we dapper dat script uitwerkten. Het bleek niet onze beste zet. (lacht) Ach, wie niks probeert, doet ook niks mis. Toch blijf ik achter dat verhaal staan. Er bestaan geen slechte verhalen. Alleen slecht vertelde. Met de middelen die we toen hadden en de snelheid waarmee men Thuis maakt, misten we de mogelijkheden om de essentiële subtiliteit op het vlak van camerawerk en vertelling in dat plot aan te brengen.”

Enghien zwaaide in 2006 af omdat hij adviseur fictie werd bij de VRT. “Een leuke job, maar Thuis bleef altijd mijn kindje. Zelfs nu (Enghien is inmiddels met pensioen, red.) is het niet makkelijk om Thuis los te laten. Ik kijk vaak, en ben nog altijd kritisch op het eindproduct, maar ik zie dat de huidige ploeg even goed werkt zonder mij. Denk dus niet dat ik me als een schoonmoeder bemoei”, lacht Winnie, die nog steeds fier is op zijn ‘kindje’. “Omdat we naast een goed feuilleton ook aandacht hadden voor maatschappelijk moeilijke thema’s zoals euthanasie, borstkanker, alcoholmisbruik, ... Misschien is dat wel de grootste verdienste van 25 jaar Thuis.”

Van links af: Annick Segal (Rosa), Sally-Jane Van Horenbeeck (Peggy), Janine Bischops (Jenny), Merel De Vilder (Bianca), Pol Goossen (Frank), Monika Van Lierde (Ann), Donald Madder (Tom) en Rik Andries (Walter). © VRT

Iconische groepsfoto

Naast de al bekende Janine Bischops wou men in Thuis degelijk maar – toen – onbekend acteertalent. Een pak actrices deed auditie voor de rol van Rosa. Marijke Pinoy greep er juist naast, net als een zekere Marleen Merckx. Maar ze konden haar opvissen als minnares van Frank. Een rol van oorspronkelijk drie maanden: Frank hield haar aan het lijntje, en zou haar dan dumpen.

Pol Goossen was op de VRT voor administratieve zaken, toen hij al zijn moed bijeenschraapte en ging horen of er werk was voor hem. Hij was immers geen held in solliciteren. Bleek dat er audities waren en ze hem niet hadden gevraagd. Op de valreep liet hij zijn interesse blijken, met het bekende gevolg. Wijlen Donald Madder had al rolletjes in Langs de Kade en Familie gespeeld.

Dat Rik Andries in 1973 de hoofdrol vertolkte in De Kat wisten velen in 1995 al niet meer, en dus was hij de perfecte dokter Walter. Merel De Vilder zette haar zinnen op de rol van Peggy, want door een rebel te spelen wou ze af van haar brave imago. De rol ging echter naar Sally-Jane Van Horenbeeck. Eén probleem: die zat nog op school. VHS-cassettes van haar acteerwerk werden aanvaard als eindwerk op Studio Herman Teirlinck. En Merel? Die mocht toch blijven, maar dan wel als… brave Bianca.