Luister naar

Het gaat de dichter Roelof ten Napel niet allereerst om het uiten, maar vooral het begrijpen van zijn woede

Nieuws
Op deze plek bespreekt poëziekenner Jogchum Zijlstra maandelijks een gedicht. Na driekwart van de bundel volgt een zwarte bladzijde. De omvangrijke eerste afdeling, Het woedeboek, wordt afgesloten op een manier die een duidelijke suggestie inhoudt. Alsof de dichter wil zeggen dat alles waarover tot nu is geschreven – zijn benauwende jeugd – een zwarte bladzijde vormt in zijn leven. Een bladzijde die hij nu omslaat, waarna een tweede, veel kleinere afdeling volgt met als titel ‘Jongen’. In die gedichten zijn homofiele gevoelens en het afscheid van een vriend(je) op een uiterst tere wijze verwoord. Het is misschien voor de hand liggend maar te gemakkelijk om in een mogelijk gebrek aan ruimte voor die gevoelens de motivatie te zoeken voor de woede. Er is meer aan de hand.
Jogchum Zijlstra
vrijdag 6 september 2019 om 03:00
Het gaat de dichter Roelof ten Napel niet allereerst om het uiten, maar vooral het begrijpen van zijn woede
Het gaat de dichter Roelof ten Napel niet allereerst om het uiten, maar vooral het begrijpen van zijn woede twitter
Het woedeboek, ­gedichten

Roelof ten Napel. Uitg. Hollands Diep, Amsterdam 2018, 80 blz. € 19,99

het gedicht

Woede is een woord dat in de politieke filosofie regelmatig wordt gebruikt om onze tijd te typeren. Angst en woede zijn drijfveren voor keuzes in de sfeer van eigen volk eerst. Tegelijkertijd is het een woord dat aan inflatie onderhevig is. Irritaties over vermeend onrecht leiden tegenwoordig wel erg gemakkelijk tot een kwalificatie als de woedende burger.

De woede in deze bundel richt zich echter niet op gevoeld onrecht, maar op wat in een jeugd in een Nederlands-gereformeerd gezin in Joure is ervaren als beperkend en moralistisch. Roelof ten Napel (1993) studeerde wiskunde en filosofie en heeft het geloof achter zich gelaten. Een intrigerende vraag die zo’n ingrijpende verandering met zich meebrengt, is de vraag of je ook afscheid kunt nemen van de taal waarin en waarmee je bent opgevoed. In een recent interview in de NRC formuleert hij het zelf zo: ‘Mijn hele wereldbeeld lag vervat in termen als zonde, genade, berusting en barmhartigheid. Als ik die dingen opgeef, kan ik de dingen die er zijn geweest niet meer benoemen.’ Als hij in zijn gedichten terugblikt, verklaringen zoekt of gevoelens onder woorden brengt, kan het daarom niet anders zijn of de taal van de Bijbel speelt daarbij een rol. Niet in de vorm van citaten, maar als onderdelen van zijn eigen taal. Voor wie thuis is in die taal zullen de gedichten daarom ongetwijfeld toegankelijker én wellicht ook confronterender zijn.

Woede, zwarte bladzijde, het zijn termen die doen vermoeden dat we te maken hebben met gedichten waarin een volgende ex-gereformeerde in scherpe bewoordingen afrekent met het geloof en de kerk van zijn jeugd. Maar dat is niet het geval. Het gaat de dichter ook niet allereerst om het uiten, maar vooral het begrijpen van zijn woede. Het gedicht ‘Vuur’ begint als volgt:

een woede als een oud motorblok

ontleden, met je handen verspreiden over een kleed

op tafel, en opeens alle onderdelen

zien liggen, een woede zien liggen

zonder dat hij nog bevestigd is -

Het beeld is duidelijk maar roept ook een vraag op. Want waarom haalt iemand een motorblok uit elkaar? Alleen om te begrijpen hoe het in elkaar zit? Of is het ook de bedoeling om de verschillende onderdelen schoon te maken, te smeren of te vervangen om vervolgens het in elkaar te zetten zodat de motor weer kan draaien? Als nieuw. Is deze poëzie een oefening in ontleden om de woede te voorzien van nieuwe brandstof? Dat is niet de toon van deze gedichten. Ik lees ze allereerst als pogingen om te begrijpen en te boekstaven (vgl. de titel). Tegelijkertijd weet de dichter zich voortgedreven door een vurig verlangen. Naast lichamelijk begeren is dat ook het verlangen naar een houvast. Regels als ‘wat is triester dan de rug van wie zich wegdraait?’ en ‘het gezicht van god//trekt aan me voorbij, ik zie alleen zijn rug/ik zie hem alleen maar verkleinen’ zijn meer dan rationele constateringen, ze klinken als verdriet over een ontstane leegte.

De metafoor maakt overigens nog iets anders duidelijk. Een motorblok ontleden levert vieze handen op. Op deze wijze teruggaan naar je recente verleden is geen vrijblijvende, gemakkelijke activiteit. Woede ontleden is ook een worsteling. Anders gezegd, de gedichten tonen niet alleen het eindresultaat, maar laten vooral het gevecht om te begrijpen zien. Dat heeft een meerduidigheid tot gevolg die op een aantal plekken is terug te vinden. Drie voorbeelden.

Allereerst kan de zwarte bladzijde ook gezien worden als een aankondiging van wat volgt: de breuk met zijn (eerste?) jongensliefde? (‘omdat het dan eindigt//met de nacht die tussen twee gezichten/terugkeert, tussen twee keer weten//dat je nooit meer zo dichtbij/zal zijn, nooit meer zo/dichtbij zal zijn geweest’). Dan de korte derde strofe uit het hier afgedrukte gedicht. De geschiedenis van Lazarus is bekend vanuit het evangelie van Johannes. Hoe nu te reageren op het huilen van Jezus? In het bijbelverhaal wordt dit geïnterpreteerd als oprechte emotie (Hij heeft veel van hem gehouden). Vandaaruit valt ‘leer ons kennen’ uit te leggen als de behoefte om Jezus echt beter te leren kennen. Maar tegelijkertijd komt nadrukkelijk de betekenis mee van ‘Ja, ja, leer ons jou kennen’. Je huilt, maar het is theater, het is toneelspel. Door ‘jou’ weg te laten wordt voorkomen dat deze laatste betekenis de eerste bij voorbaat wegdrukt en de dichter zich te cynisch en te oordelend verwoordt. Oprechtheid en onoprechtheid sluiten elkaar niet uit.

Het laatste voorbeeld komt uit het gedicht waarmee de bundel afsluit.

De regels wanneer heb je het begrepen? dat je durven/vallen moet, geloven/dat je licht bent, licht genoeg’, laten een bekende spanning zien tussen begrijpen en wel of niet geloven. In de context van de bundel is het duidelijk dat er bij Ten Napel sprake is van het verliezen van het geloof als bewuste daad. Het is echter ook mogelijk de regels te lezen als een geloofsinzicht dat doorbreekt: stop met klimmen, durf te vallen. Van je geloof vallen en dat formuleren in de taal van het geloof. Het woedeboek is een thematisch sterke en strak gecomponeerde debuutbundel met ontroerende en confronterende gedichten in een eigen taal. De bundel was dit jaar genomineerd voor zowel de Grote Poëzieprijs als de C. Buddingh’-prijs.

ze zeggen je dat een vriend zal sterven. ze weten

dat je helpen kan, hebben je handen gezien,

wat eruit voortkwam.

je vertrekt opzettelijk te laat, dit lichaam

moet een punt gaan maken. je komt aan bij het graf

en als wist je wat zou komen, en wat nog zal,

je huilt.

leer ons kennen.

ook wat goedkomt, doet pijn, ook wat opstaat

missen we, we weten inmiddels dat altijd

iets achterblijft.

het probleem is dat u goed bent, en wij niet,

dat u dat zo maakte. wij zijn

een in waterplas gelegde vis –

is het geen wrede man

die daar naast gaat staan

en toeschreeuwt:

adem toch, sta op, adem dan.

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
WonTon de kat van de Chop Suey Bookshop in Richmond

Schrijvers en snorharen: wat hebben katten toch met boeken te maken?

Katten in bibliotheken, katten in romans en katten als obsessie van schrijvers. De winkels liggen vol met poezenboeken. Wat hebben katten toch met boeken te maken?

Annie Jacobsen schreef als defensiespecialist een boek over kernoorlogen.

Is een beperkte kernoorlog mogelijk? 'Nou, eigenlijk niet', zeggen Amerikaanse militaire deskundigen

Miljarden doden en een lange, ijskoude, nucleaire winter. De aarde herstelt, maar zonder mensen. Dat voorspelt Annie Jacobsen in haar boek ‘Kernoorlog’. Ze sprak tientallen beleidsmakers, die allemaal somber zijn.

Als Donald Trump straks weer het Witte Huis betrekt, kon de Amerikaanse democratie wel eens ter ziele gaan.

Je zou het niet denken, maar het verzet tegen gelijke rechten in de VS woedt al eeuwenlang

Denkt iemand misschien dat Amerika niet alleen het land is van de onbegrensde mogelijkheden, maar ook van gelijke behandeling van iedereen? Nou, vergeet het maar, stelt Amerikakenner Kenneth Manusama.

'Dat we de handen vol zouden krijgen aan Siem konden we niet van tevoren weten.'

Het gezin Van Heijningen was toe aan een hond, dachten ze. Siem overtrof de stoutste verwachtingen

Siem de Verschrikkelijke heet zijn Instagramaccount. Annemarie is zijn bazin en Michel een soort van baas. Als kruising tussen poedel, maltezer en shih-tzu bewaakt hij graag zijn identiteit. Nu in boekvorm.

Covers boeken

In deze twee thrillers komen verzwegen gebeurtenissen naar boven die leiden tot grof geweld

Over een gezellig familiediner kan bijna iedereen wel verhalen vertellen. Maar het kan ook vreselijk uit de hand lopen. Over dergelijke diners, die eindigen in drama en geweld, zijn twee thrillers verschenen.

Niet de poppetjes en de ophef, maar de waarden moeten in de politiek weer centraal staan, stelt Tom van der Meer.

Hoe verder in het gepolariseerde politieke klimaat? Een pleidooi voor minder ophef en meer idealen

Politiek draait niet meer om waarden, maar om ophef. Tom-Jan Meeus is pessimistisch, Tom van der Meer pleit voor de terugkeer van de ideologische middenpartij.