Direct naar artikelinhoud
Marcel Levi.
Marcel Levi

Nee, ik wil jouw telefoongesprek niet aanhoren in de trein

Waar komt toch het idee vandaan dat iedereen in jouw treinstel zou willen weten wat je vanavond gaat eten, wat je van de nieuwe haarstijl van je collega vindt of hoe vervelend het is dat je kat incontinent is geworden? Ook heb ik niet de minste behoefte deelgenoot gemaakt te worden van het verbreken van je relatie of de nieuwste aanwinst in je collectie soa’s, dan wel een recensie aan te horen van je amoureuze avonturen van afgelopen weekend.

Desondanks wordt al deze informatie (en nog veel meer) op luide toon via mobiele telefoongesprekken de wereld ingeslingerd en worden onschuldige en argeloze medereizigers onvrijwillig geconfronteerd met ongewenste en dikwijls onsmakelijke details uit het leven van mensen die ze helemaal niet kennen en ook niet willen kennen.

Het lijkt alsof het voor sommige mensen volstrekt onmogelijk is ook maar een moment niet in die telefoon te kakelen. Ze voelen zich continu verplicht om de hele tram gillend deelgenoot te maken van de meest stupide en onnozele details uit hun ongetwijfeld superinteressante leventje.

Misschien nog irritanter zijn van zichzelf overtuigde zakenmensen in een luchthavenlounge die graag luid etaleren hoe succesvol ze zijn als manager en bijna schreeuwend door hun mobiele telefoon secretaresses in de rondte commanderen, klaarblijkelijk briljante zakelijke beslissingen met de volledige omgeving wensen te delen en er ook niet voor terugdeinzen kennelijk minder effectieve medewerkers telefonisch lawaaierig terecht te wijzen.

Het commercieel testosteron spat er vanaf en kan klaarblijkelijk alleen via een met de totale wachtruimte gedeeld telefoongesprek geëjaculeerd worden. Is het nou echt onmogelijk persoonlijke of zakelijke gesprekken op een ietwat gedempte toon te voeren of even op een rustig plekje te gaan staan als je een dringend gesprekje moet voeren?

Mensen in mobiele telefoongesprekken praten ongeveer 60 procent harder praten dan in gesprekken met iemand die naast hen zit, liet onderzoek uit de Verenigde Staten een decennium geleden al zien. Dit komt waarschijnlijk doordat veel mobiele telefoons geen of te weinig ‘zij-toon’ hebben, dat wil zeggen dat de gebruiker zijn eigen stem niet terug hoort via de luidspreker, iets wat standaard is bij vaste telefonie.

Een ander interessant gegeven is dat het horen van slechts één kant van de conversatie uitermate veel meer irritatie en negatieve emoties oproept bij mensen dan het overhoren van een tweezijdig gesprek.

Psychologen breken er hun hoofd over of geschreeuw in mobiele telefoons op publieke plekken een uiting is van narcisme en graag in het middelpunt van de belangstelling willen staan of juist een manier is om jezelf volledig te isoleren van mensen om je heen.

Hoe dan ook, hoog tijd dat we openbare telefoonschreeuwers – liefst in gebarentaal – duidelijk maken dat we hun lawaai ongewenst en irritant vinden.

Marcel Levi is voorzitter van de raad van bestuur van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Daarvoor was hij ceo van University College London Hospitals en bestuursvoorzitter van het AMC. Lees al zijn columns hier terug.

Reageren? m.levi@parool.nl.