Direct naar artikelinhoud
Wat moeten we zien inRotterdam

Dit hing bij Armando thuis aan de muur

Arnulf Rainer (1929): zonder titel, ongedateerd, gemengde techniek op papier, 41,8 x 29,7 cm.Beeld Chabot Museum Rotterdam / collectie ­Armando

Elke week kiest Trouw uit een museum de blikvanger die we niet mogen missen. Vandaag: de lievelingen van Armando.

Wat hebben kunstenaars thuis aan de muur hangen? Hun eigen werk? Vast wel, maar daarnaast verzamelen ze vaak ook kunst van collega’s. Die privécollecties krijgen we meestal niet te zien. De vorig jaar overleden kunstenaar Armando is daarop een uitzondering. Vijf jaar geleden schonk hij zijn privécollectie aan het Chabot Museum in Rotterdam, dat gewijd is aan de schilder en beeldhouwer Henk Chabot (1894-1949) die in Rotterdam woonde en werkte. Armando nam dat besluit nadat hij een expositie had gezien van de Zeeuwse landschappen van Chabot, waarvan hij erg onder de indruk was. “Kon ik het maar zo! De bewonderende groeten van Armando”, schreef hij aan directeur Jisca Bijlsma van het Chabot Museum. Niet veel later kreeg ze bericht dat Armando zijn privéverzameling aan dit museum wilde schenken. “Ik voel me hier gewoon thuis”, zei hij.   

Het bleek te gaan om zo’n vierhonderd werken van ruim 140 hedendaagse kunstenaars, veelal uit Nederland en Duitsland. Hij kocht deze werken omdat hij er ‘hebberig’ van werd. Armando verzamelde alleen werken op papier. Hij zei daarover: “Een goede tekening, dat is voor mij schoonheid.” De oogst van meer dan vijftig jaar verzamelen is nu voor het eerst te zien; alle zalen van het kleine museum zijn ermee gevuld. De veelzijdigheid van Armando, die behalve schilder ook beeldhouwer was, dichter, schrijver, violist, acteur, journalist en film-, televisie- en theatermaker, weerspiegelen ook zijn private kunstaankopen, die zeer divers zijn.  

Arnulf Rainer (1929): zonder titel, ongedateerd, gemengde techniek op papier, 41,8 x 29,7 cm.Beeld Chabot Museum Rotterdam / collectie ­Armando

Toch springt er in die potpourri van tekeningen één ding uit en dat is het grote aantal werken van outsiders. Armando had een sterke affiniteit met de ‘pure’ kunst van mensen met een verstandelijke beperking of psychische problemen. ‘Mafkezen’ noemde hij ze bewonderend. Die liefde deelde hij met de Oostenrijkse kunstenaar Arnulf Rainer (1929), die bekend werd met overschilderingen van grafiek en foto’s. Rainer ging in zijn bewondering voor outsiderkunst nog een stap verder door ook zelf tekeningen te maken in een staat van waanzin, die hij opwekte met drugs of alcohol. Of dat ook het geval was bij dit portret, is niet bekend. Rainer liet ook outsiders over zijn eigen werk heen schilderen. Voor Armando was het een dierbaar portret, zegt Bijlsma. Daarom is het op de tentoonstelling een van de blikvangers, deze ‘mafkees’ van Armando.      

Armando’s lievelingen, t/m 1 maart 2020 in het Chabot Museum in ­Rotterdam.

Elke week beschrijft Trouw een kunstwerk of museum dat u niet mag missen.