Direct naar artikelinhoud
De 9-jarige Ashley werd verkocht aan een slavenhandelaar. Tiya Miles vertelt haar indringende verhaal
BoekrecensieSlavernij

De 9-jarige Ashley werd verkocht aan een slavenhandelaar. Tiya Miles vertelt haar indringende verhaal

De tot slaaf gemaakte Rose gaf haar dochtertje een tas met souvenirs mee, toen het meisje aan een andere eigenaar werd verkocht. In Alles wat ze dragen kon speelt die tas de hoofdrol.

Tiya Miles bleef haar emoties niet de baas, toen ze voor het eerst de tas zag waarover ze later een boek zou schrijven. ‘Ik had Afro-Amerikaanse musea bezocht, ongelovig naar beenkettingen en nekijzers gestaard, maar geen enkel overblijfsel uit die donkere tijden maakte zoveel indruk op me als dit.’ De uiting van moederlijke liefde in zware omstandigheden, waar ze op dat moment naar stond te kijken, ‘leek op te roepen om er iets mee te doen’.

Die reactie van Miles, hoog­leraar geschiedenis op Harvard, is goed voorstelbaar. Het object in kwestie ontroert: Rose, een tot slaaf gemaakte moeder in de Amerikaanse staat South Carolina, wist in 1852 dat haar negenjarige dochter Ashley in het kader van de boedelverdeling verkocht zou worden na de dood van hun ‘eigenaar’. Ze probeerde haar toch nog wat mee te geven.

Rose koos voor een zak met daarin een jurk, wat pecannoten en een afgeknipte vlecht van haarzelf. De zak bleef bewaard en Ruth, een achterkleindochter van Rose, borduurde er bijna zeventig jaar later regels op, die deze kleine geschiedenis vertellen. Inclusief de boodschap die haar overgrootmoeder meegaf met de tas: ‘Laat hem gevuld zijn met Liefde altijd’. En de trieste constatering dat Rose haar Ashley nooit meer terugzag.

Pecannoten en povere voeding

De door Miles gevoelde oproep om ‘er iets mee doen’ werd dus een boek: Alles wat ze dragen kon. De reis van Ashleys tas, het aandenken van een zwarte familie. De historica gebruikt de zak en de inhoud daarvan heel vernuftig om zo dicht mogelijk op het dagelijks leven van tot slaaf gemaakten te kruipen. De bewaard gebleven bronnen vertellen vooral over de ‘meesters’ en hun ondernemingen, maar Miles weet de grote hiaten over hun slachtoffers vaak verbazingwekkend goed te vullen.

De jurk geeft aanleiding om uit te wijden over kledingpolitiek op plantages, de pecannoten leiden naar de povere voeding, de vlecht naar trots op haar, en het borduurwerk van achterkleindochter Ruth naar handwerken voor zwart en wit. Op die manier haalt Miles indringende verhalen naar boven en maakt ze het aangedane en nog steeds doorwerkende leed invoelbaar.

Kapitaal versus kleine letter

Jammer genoeg laat Miles het gevonden materiaal niet altijd het werk doen. De door haar opgediste werkelijkheid is al gruwelijk genoeg. Die heeft niet voortdurend gezwollen taal nodig om het verschrikkelijke karakter van de slavernijgeschiedenis extra te benadrukken. Show don’t tell.

Wat te denken van een zin als ‘De zak draagt nog steeds een last van de gelaagde machtsverhoudingen met zich mee, maar binnen de geschiedenis van zijn behoud bevat hij ook een model om dat verleden een hernieuwd doel te geven en verhoudingen nieuw leven in te blazen, terwijl we ons tegelijk zetten aan een gemeenschappelijke taak over rassen- en regionale grenzen heen’? Zo’n formulering zou zelfs in een beleidsnota alarmbellen af moeten laten gaan.

De auteur maakt ook de keuze om het woord ‘Zwart’ met een hoofdletter te laten beginnen en ‘wit’ met een kleine letter. Het zit de lezer niet echt in de weg, maar het roept wel de vraag naar het waarom op. Dit lijken allerminst de kapitalen waarmee verkeerde keuzes in het verleden kunnen worden goedgemaakt.

Kapitaal versus kleine letter

Tiya Miles
Alles wat ze dragen kon. De reis van Ashleys tas, het aandenken van een Zwarte familie
Vert. Robert Dorsman.
Nijgh & Van Ditmar; 424 blz. € 23,50